Werkt verbieden stimulerend ?
De adolescentie is een tijd waarin jongeren hun grenzen testen en autoriteit in twijfel trekken. Het is tevens de levensfase waarin ze hun identiteit opbouwen, vaak geïnspireerd door leeftijdsgenoten. Het ‘goede advies’ dat aan jongeren wordt gegeven en de verboden die door ouders, scholen of andere autoriteiten worden opgelegd in deze periode, dreigen bijgevolg op onverschilligheid of zelfs afwijzing te stuiten, in het bijzonder wanneer dit door jongeren als paternalistisch wordt ervaren. Anti-drugscampagnes zijn hierop geen uitzondering.
In de Verenigde Staten hebben onderzoekers de effecten van een anti-drugscampagne (voornamelijk tegen cannabis) gericht op jongeren onderzocht. De campagne werd gevoerd tussen 1999 en 2004 met bijna een miljard dollar aan subsidies. De onderzoekers kwamen tot de bevinding dat de campagne noch de consumptie noch de positieve attitudes van jongeren ten opzichte van cannabis hadden verminderd en dat de campagne bij sommige jongeren zelfs het tegenovergestelde effect teweeg had gebracht!
De onderzoekers hadden twee mogelijke verklaringen. Ofwel speelt hier het in de psychologie welbekende ‘reactantie-effect’, waarbij jongeren die het gevoel hebben dat hun vrijheid bedreigd wordt, het risico nemen die vrijheid te herwinnen door het verboden gedrag over te nemen. Een andere mogelijke verklaring is dat de anti-drugsadvertenties impliciet de boodschap zou dragen dat drugsgebruik alledaags is. Jongeren die bijgevolg geloven dat veel van hun leeftijdsgenoten cannabis gebruiken, hebben meer kans om cannabis zelf te gaan gebruiken.
Deze onderzoeksbevindingen geven duidelijk weer dat het simpelweg verbieden van ongewenste gedragingen er niet voor zorgt dat deze zullen verdwijnen, soms krijgt men zelfs het tegenovergestelde effect.
Meer weten
Effects of the National Youth Anti-Drug Media Campaign on Youths, American Journal of Public Health, décembre 2008.